Door Rosalien van Witsen
Het duurt jaren voordat Madame du Deffand de stap naar een onafhankelijk bestaan zet. Omdat ze niet zonder mensen om zich heen kan, en vooral niet zonder sprankelende mensen, kiest ze voor het houden van een eigen salon, want haar behoefte aan afleiding wordt steeds groter.
Ze blijft voor het verdrijven van haar verveling, die haar steeds meer beheerst, afhankelijk van haar contacten met anderen, mondeling of per brief. Madame du Deffand is een extreem voorbeeld van de verveling. De hele mondaine wereld worstelt met de crisis van traditionele waarden en verwacht van intellectuelen en kunstenaars een nieuw referentiekader. Men heeft hen nodig om zich niet te vervelen.
De briefwisseling tussen Madame du Deffand en Voltaire is hiervan een boeiend voorbeeld. Steeds weer moedigt hij, de schrijver en filosoof, haar aan zich diepgaand met iets bepaalds bezig te houden. Steeds weer weigert Madame du Deffand dit. In feite is ze slachtoffer van haar aristocratische afkomst, maar ze geeft de meest uiteenlopende redenen voor haar onmacht om zich wezenlijk ergens in te verdiepen, zoals we in de briefwisseling met Voltaire zullen zien.
Ze blijft voor het verdrijven van haar verveling, die haar steeds meer beheerst, afhankelijk van haar contacten met anderen, mondeling of per brief. Madame du Deffand is een extreem voorbeeld van de verveling. De hele mondaine wereld worstelt met de crisis van traditionele waarden en verwacht van intellectuelen en kunstenaars een nieuw referentiekader. Men heeft hen nodig om zich niet te vervelen.
De briefwisseling tussen Madame du Deffand en Voltaire is hiervan een boeiend voorbeeld. Steeds weer moedigt hij, de schrijver en filosoof, haar aan zich diepgaand met iets bepaalds bezig te houden. Steeds weer weigert Madame du Deffand dit. In feite is ze slachtoffer van haar aristocratische afkomst, maar ze geeft de meest uiteenlopende redenen voor haar onmacht om zich wezenlijk ergens in te verdiepen, zoals we in de briefwisseling met Voltaire zullen zien.
Het houden van een salon was in de achttiende eeuw voor dames uit de betere kringen een mogelijkheid om zich op aangename wijze bezig te houden. De aanwezigheid van salons, een woord dat eerst nog niet de betekenis van ontvangst had – men gebruikte het woord ‘bureau’- werd na de tijd van de Regent steeds belangrijker. Het mondaine leven speelde zich niet meer alleen in hofkringen af maar ook in de huizen van rijke vooraanstaande dames. Meestal werd zo’n salon een of meer keren per week gehouden en kwamen er vaste groepen mensen. Degene die ontving was bijna altijd een vrouw. De beroemdste ontvangsten, of salons, waren die van Madame de Lambert, van Madame de Tencin, later van Madame Geoffrin, van Madame du Deffand en van Julie de Lespinasse. Iedere salon had een bepaald karakter, afhankelijk van de instelling van de gastvrouw en van de mensen die er kwamen: politiek, litterair, aristocratisch, progressief of behoudend. De heren, want het waren voornamelijk heren, bezochten niet één maar verscheidene salons per week.
In Oorlog en vrede geeft Tolstoj een indruk van een salon:
‘Ze [de gastvrouw] ging zich weer kwijten van haar taak als vrouw des huizes, om mee te luisteren, toe te kijken en onmiddellijk bij te springen wanneer de conversatie ergens dreigde in te zakken, zoals de baas van een spinnerij die, na de arbeiders op hun plek te hebben geposteerd, door de werkplaats kuiert om te controleren of alle spindels nog wel ronddraaien. Zoals de baas van een spinnerij die, zodra hij maar even merkt dat er een spindel stilstaat of een ongewoon, knarsend, te hard geluid voortbrengt, toeschiet om hem weer met de vereiste snelheid te laten draaien dan wel af te remmen, zo liep Anna Pavlovna op een stilgevallen of een te luidruchtig kringetje toe om door middel van een enkel woord of een herschikking de conversatiemachine weer gelijkmatig en ordentelijk te laten verlopen…
De soiree van Anna Pavlovna was in gang gezet. Van diverse kanten klonk het gelijkmatige en constante snorren van de spinmachines.’ (p.25, vertaling van Charles Timmer)
Volgens Voltaire ‘worden deze kleine gezelschappen altijd beheerst door een vrouw die, nu haar schoonheid ten onder gaat, de stralende dageraad van haar intellect verwelkomt.’ Zij is de drijvende kracht achter het intellectuele en culturele leven van haar tijd. Ze beschermt haar favorieten en ze verdeelt de prijzen en de belangrijke functies.
Madame du Deffand was een dergelijke gastvrouw, baas van een spinnerij. Haar salon had een bijzonder goede naam en werd door de adel, diplomaten, filosofen en letterkundigen bezocht. Ze zorgt er bijvoorbeeld voor dat d’Alembert, de wiskundige en schrijver van filosofische teksten en een van de sterren van haar salon, lid van de Académie wordt. Bij haar komen edelen en hovelingen, die allen hoge functies hebben, hoge geestelijken en militairen en buitenlandse diplomaten - haar aristocratische achtergrond en haar banden met het hof maken deze contacten mogelijk - en ook auteurs als Montesquieu en Voltaire. Ze stelt geen beperkingen aan de conversatie in haar salon, zoals Madame de Geoffrin, die paal en perk stelt, als men volgens haar opvattingen te ver gaat, maar ze wil vooral dat er eerlijk en natuurlijk over alle mogelijke onderwerpen gesproken wordt. Zijzelf neemt geen blad voor de mond en zegt ronduit haar mening, hoewel ze ook vanwege haar waarheidsliefde snel van mening kan veranderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten