donderdag 31 maart 2011

4. Het hof van Sceaux

Door Rosalien van Witsen

Madame du Deffand zoekt een uitweg, een nieuwe omgeving en vindt die in Sceaux, waar ze onmisbaar wordt voor Madame du Maine. In Sceaux bevindt zich het hof van deze Madame du Maine, die getrouwd is met een geëchte bastaardzoon van Lodewijk XIV en ze zwaait in Sceaux de scepter die ze tot haar verdriet niet over heel Frankrijk heeft kunnen zwaaien. Haar echtgenoot had gehoopt Lodewijk XIV op te volgen, maar na de vernietiging van het testament van deze laatste, is de macht aan zijn vijfjarige kleinzoon gekomen. Madame du Maine troost zich voor het verlies van de kroon door zich in grandioze feesten te storten en hieraan zal Madame du Deffand graag meewerken. Het leven dat zich aan dit hof afspeelt is van een verbijsterende luxe. De schilderijen van Watteau geven een indruk van de sfeer. Vrouwen in schitterende toiletten, paleizen met eigen toneel- en balzalen en parken met fonteinen waar ‘s nachts vuurwerk afgestoken wordt.

woensdag 23 maart 2011

3. Orgieën tijdens de Régence


Door Rosalien van Witsen

Philippe d'Orléans
Na de dood van Lodewijk XIV in 1715 volgt zijn kleinzoon Lodewijk XV, vijf jaar oud, hem op. Philippe d’Orléans, een neef van Lodewijk XIV, is tot 1723 regent. De laatste jaren van de regering van Lodewijk XIV heerste er aan het hof een strenge, devote sfeer. Hierop komt een reactie tijdens de Régence. Philippe had veel interesse in de politiek en was een erudiet man, maar hij had ook een hang naar genot en verkwisting. Hij nam gedurfde politieke besluiten en daarnaast zorgde hij voor een uitbundig leven van plezier aan het hof.
In deze tijd is het huwelijk in de hogere kringen niet meer dan een formaliteit, een contract om het voortbestaan van de naam te garanderen, en echtelijke trouw of liefde is ronduit belachelijk. De opvoeding tot de wereldse maatschappij leert meisjes veinzen, zich te gedragen volgens bepaalde regels die het uiterlijk fatsoen garanderen. De welvoeglijkheid eist dat ze zich keurig voordoen, maar het is een valse vorm van keurigheid. Alleen de schijn van een braaf huwelijk wordt opgehouden en wat de man en ook de vrouw verder aan buitenechtelijke avonturen beleven is wel bekend, maar moet binnen bepaalde perken blijven, en Madame du Deffand gaat deze perken al gauw te buiten.

donderdag 17 maart 2011

2. Marie Vichy-de Chamrond wordt Madame du Deffand

Door Rosalien van Witsen

Als dochter uit een oud, maar niet zeer vermogend adellijk geslacht wordt Marie Vichy-de Chamrond vanuit de Bourgogne naar de school van het klooster van de Madeleine du Traisnel gestuurd, in de rue de Charonne in Parijs. Het is niet alleen een internaat voor jonge meisjes waar ze een opvoeding zonder enige diepgang krijgen, die het midden houdt tussen de wijding aan God en aan het wereldse leven, maar het klooster is ook een toevluchtsoord voor dames die een ongelukkige liefde achter de rug hebben en zich even willen terugrekken.

donderdag 10 maart 2011

1. Ze leefde lang en ongelukkig

Door Rosalien van Witsen

In de achttiende eeuw was Madame du Deffand een beroemde salonnière. Haar ontvangsten werden door de hoge adel, filosofen, schrijvers en kunstenaars bezocht, en haar geestige, vaak venijnige opmerkingen werden alom geciteerd. Talloze brieven aan Voltaire, Montesquieu en anderen zijn bewaard. Maar hoewel ze even scherpzinnig en onderhoudend schreef als ze praatte, werd ze niet zo beroemd als Voltaire. De laatste tijd wordt er terecht meer aandacht aan haar besteed, want zoals Sainte Beuve in de negentiende eeuw al schrijft:
‘…De hele 18e eeuw zou ontbreken en we zouden op literair gebied alleen middelmatige vrouwen aantreffen als er geen Madame du Deffand was geweest.’
 Wat haar afkomst betreft is ze verbonden met de tijd van Lodewijk XIV, met de prachtige taal uit de periode van de klassieken. Ze is in 1697 geboren en gestorven in 1780 en heeft dus bijna de hele achttiende eeuw met zijn verlichte ideeën meegemaakt, maar ze heeft zich nooit laten meeslepen door de filosofie. Evenals Voltaire schrijft ze helder en geestig en doet ze niet onder voor andere auteurs uit deze eeuw.

vrijdag 4 maart 2011

Briefwisseling met Voltaire

Inleiding en vertaling Jeanne Holierhoek

Een markiezin en een filosoof, allebei rond de zeventig. Zij zwaait de scepter over een bloeiende salon in Parijs, maar worstelt in die mondaine drukte met haar melancholie. Hij regeert met vaste hand over zijn landgoed in Ferney, maar vooral is hij bezig met lezen en schrijven. De sombere Madame du Deffand en de levenslustige Voltaire onderhouden contact via een vriendschappelijke, jarenlange briefwisseling. In de winter van 1766 peilen ze elkaars opvattingen over de zin van het leven. Het is niet de eerste keer en ze komen op dat punt ook niet echt dichter tot elkaar, maar het zijn mooie brieven.


Madame du Deffand aan Voltaire
Parijs, 14 januari 1766
Ik mis uw ontwikkeling en ook uw scherpe inzicht, maar mijn opvattingen komen met de uwe overeen. Eigenlijk lijkt het me niet onbelangrijk dat iedereen hetzelfde denkt. Het zou heel gunstig zijn als iedere bestuurder, van de koning tot aan de drost van het kleinste dorp, als principe en uitgangspunt een solide moraal had, want die alleen maakt mensen gelukkig en tolerant.